Wat is tijd?
Voor mij is tijd geen zelfstandige entiteit, maar eerder een beleving – iets wat lijkt op het ervaren van vrijheid. Het is een gevoel, geen verschijnsel waar natuurwetenschappelijk onderzoek rechtstreeks naar kan worden gedaan.
Daarom merk ik dat ik als lezer van Het mysterie tijd van Carlo Rovelli al snel afhaak, hoe fascinerend het boek ook is. Natuurlijk ontken ik niet dat wij tijdsverloop ervaren, of dat filosofen zich hier al sinds de oudheid over buigen. Maar ik blijf kritisch op de gedachte dat tijd een natuurkundig fenomeen zou zijn.
Rovelli’s benadering
Rovelli vergelijkt tijd met water waarin vissen zwemmen: wij bevinden ons ín de tijd, alsof het een soort substantie is. Daarmee suggereert hij dat tijd een nog onbekende entiteit is waar onderzoek naar kan worden gedaan. Vanuit dat perspectief behandelt hij de vraag wat is tijd? als een natuurkundig probleem.
Zijn boek is boeiend, omdat hij oude mythes, Griekse natuurfilosofen en moderne natuurkunde met elkaar verbindt. Toch overtuigt dit mij niet. Ik geloof niet dat tijd als zelfstandige entiteit kan worden aangetoond. Voor mij is tijd vooral een ervaring.
Tijd als afspraak en beleving
Wanneer we spreken over tijd in de zin van klokken en agenda’s, gaat het om afspraken. Dat is een cultureel verschijnsel, bedacht om samen te kunnen leven en af te spreken. In vroegere tijden bepaalde de natuur onze tijd: men zei simpelweg “het is lente” of “het is zomer”. Tegenwoordig lezen we dat in een agenda, alsof de lente op 21 maart begint. De natuur maakt plaats voor conventie.
Daarnaast beleven we tijd vooral via gebeurtenissen. Zolang momenten zich laten onderscheiden – dit gebeurde eerst, dat daarna – ervaren we tijdsverloop. Maar als gebeurtenissen te dicht op elkaar liggen en we geen verschil kunnen waarnemen, lijkt er even géén tijd te zijn.
Een voorbeeld: onlangs vond ik een foto van mezelf als twintigjarige. Als ik die vergelijk met mijn spiegelbeeld van vanochtend, zie ik onmiskenbaar verandering: er zijn 35 jaar verstreken. Neem ik echter een foto van gisteren en leg ik die naast mijn spiegelbeeld van vandaag, dan zie ik nauwelijks verschil. In beide gevallen vergelijk ik een moment uit het verleden met het heden. Alleen in het ene geval is er een duidelijke verandering, in het andere nauwelijks. Pas in de waarneembare verandering ervaren we dat er tijd is verstreken.

Aristoteles over beweging
Aristoteles helpt dit inzicht te verduidelijken. Stel dat iemand (A) zich van plaats 1 naar plaats 2 verplaatst. Op het ene moment bevindt A zich hier, op het volgende moment daar. Twee plaatsen, twee momenten. Maar tussen die momenten ligt een hele ketting van nu-momenten.
Op elk afzonderlijk nu gebeurt er niets; pas in de vergelijking met eerdere momenten wordt de beweging zichtbaar. Zo is het ook met tijd: alleen door veranderingen te zien, ervaren we dat er tijd voorbijgaat. Denk aan iemand die jarenlang in een cel opgesloten zit. Zonder gebeurtenissen verliest hij het gevoel voor tijd; alleen de streepjes op de muur herinneren hem eraan dat er dagen voorbij zijn gegaan.
Wat roept dit onderwerp bij jou op? Bij Filoanalyse onderzoeken we hoe onze leefwereld ons denken, voelen en handelen beïnvloedt.
Reflectie begint met het stellen van vragen — niet met het vinden van snelle antwoorden.
Lees meer over Filoanalyse of plan een vrijblijvend gesprek.








